’t is weer voorbij die natte zomer

Het was een vreemd moestuinseizoen. In april liepen m’n jonge peper-, paprika- en tomatenplantjes zonnebrand op, omdat het veel zonniger was dan de koude temperatuur liet uitschijnen. In juni was het warm maar nat, en verder kunnen we de zomer nog het best samenvatten als een koele, natte ellende. Intussen is de zomer stiekem overgegaan in herfst – en niemand die het verschil gemerkt heeft. Of toch wel: de dagen worden sneller korter dan een bioritme van middelbare leeftijd kan volgen, en zelfs in huis beginnen de blaadjes van de bomen te vallen. Het betreft hier – voor alle duidelijkheid – specifiek blaadjes van piepjonge granaatappelboompjes. Want geef me zaadjes en ik prop ze in een portie grond, en in het geval van die granaatappelzaadjes bleek het ontkiemen heel goed te lukken. Ik heb geen noemenswaardig idee wat ik moet aanvangen met een granaatappelboompje dat in ons klimaat geen vruchten zal voortbrengen, als ze al winterhard zouden blijken, laat staan waar acht exemplaren in hemelsnaam goed voor zijn. Maar ach, zolang we ons maar amuseren, en het leven is in ieder geval te kort om ons zorgen te maken over dat soort onbenulligheden.

De voorbije drie jaar werden we getrakteerd op warme en zeer droge zomers, die menig moestuinier deden wennen aan de idee dat het volstrekt normaal is om tomaten in open lucht te kweken, hier in ons tochtgat aan de Noordzee. De onmiskenbaar aan de gang zijnde klimaatverandering betekent evenwel niet dat we rustig evolueren naar een gezellig ‘tikkeltje warmer’ klimaat, maar vooral dat het weer steeds vaker neigt naar extremen: drie kurkdroge jaren werden nu gevolgd door de natste zomer van de laatste eeuw of twee.

De moestuiniers die – met meer vertrouwen dan ooit – hun tomaten onbeschut in open lucht geplant hadden, waren er snel aan voor de moeite. Phytophthora, ook wel gekend als tomatenziekte, patattenplaag, of diverse variaties daarop, zette gezwind een domper op de tomatenvreugde. M’n overmoedige testje om vier soorten kerstomaatjes te kweken, teneinde volgend jaar enkel de beste van de vier variëteiten te behouden, werd een sisser van formaat. Het hielp niet om de aangetaste stukken weg te knippen – de aantasting viel niet bij te houden. Eind juli moest ik uiteindelijk de strijd staken en alle buitentomaten opgegeven.

Het is natuurlijk een beetje spijtig en zo, want tenslotte hebben we daar wel enige energie in gestoken, maar ik werd er niet bijzonder ongelukkig van. De voorbije jaren mochten we genieten van een uitzonderlijke tomatenoogst, ook van planten die gewoon in de buitenlucht stonden. Klimaatverandering of geen klimaatverandering, het kan niet élk jaar uitbundig tomatenfeest zijn. Bovendien is het leven te kort, of val ik alweer oeverloos in herhaling? We hebben ook nog zeven tomatenplanten in m’n kleine serre. Deze hebben het goed overleefd maar gaven weliswaar een zuinige oogst. Weldra kan ik de allerlaatste tomaten van dit godverzopen jaar plukken.

Wat me nog het meest verbaasde, is dat de paprika veel minder last had van die droeve zomer dan ik verwacht had. De puntpaprika floreerde alsof er helemaal niks aan de hand was, de ‘Yellow Elephant’ bezorgde ons mooie joekels, en er leek maar geen einde te komen aan die kleine oranje snackpaprika’s. We kunnen, vandaag zegge en schrijve 22 oktober, nog steeds volop paprika oogsten.

De pepertjes (Spaanse,jalapeño en habanero) deden het minder uitbundig dan vorig jaar, maar al bij al valt het wel mee. Een dezer dagen, alleszins voor november z’n intrede doet, oogst ik de laatste pepertjes om de derde batch sambal oelek van dit jaar te maken – we zullen in 2021 slechts aan de helft van de twee en een halve kilo van vorig jaar geraken. We gaan nog steeds niet aan ontbering en scheurbuik ten onder gaan, vermoed ik.

Voor het eerst in jaren heb ik geen enkel trosje druiven kunnen oogsten van m’n ene druivelaar. Ik dacht dat ik deze keer de boel helemaal gesnoeid had zoals het hoort. De groei van de trosjes begon veelbelovend, maar uiteindelijk kreeg ik niet meer dan deze verschrompelde bolletjes. Hopelijk volgend jaar beter!

Groeten,
Guy

3 gedachten over “’t is weer voorbij die natte zomer

  1. Het was een gek moestuinjaar. Ik had geen enkele paprika of tomaat. Gingen tenonder aan slakkenvraat en inderdaad phytophtera . Snijbonen had ik dan weer in overvloed, terwijl de sperziebonen ook alsmaar opgegeten werden. Nou ja zo kan ik nog even doorgaan. Hier gelukkig ook geen scheurbuik. Het is hobby en geen levensbehoefte zullen we maar denken. Op naar een beter volgend seizoen.

    Geliked door 1 persoon

  2. Ik dacht ook, “een serre, da’s niet meer nodig met die droge zomers” maar ik heb er nu toch eentje voorzien in mijn definitieve moestuinplan, nadat ik begin juli alle 30 planten verloor en deze zomer enkel één handje kerstomaten heb kunnen eten van eigen oogst. De eenden hadden dan weer de tijd van hun leven want héél veel slakken te vinden!

    Geliked door 1 persoon

  3. De paprika’s hebben getoond dat ze niet echt een kas nodig hebben. Volgend jaar reserveer ik m’n serre helemaal voor tomaten!
    De slakkenpopulatie viel hier nog wel best mee, als ik de slakkenverhalen van anderen zo hoor. Maar ik vind nu wel veel babyslakjes.

    Like

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.